MijnMST

FLUYT studie: Onderzoek naar het voorkomen van alvleesklierontsteking na ERCP onderzoek

Patiënten met problemen in de galwegen of alvleesklier krijgen vaak een ERCP onderzoek. ERCP is een afkorting voor Endoscopisch Retrograde Cholangio- en Pracreaticografie. Dit betekent een kijkonderzoek van de galwegen en de afvoergang van de alvleesklier. Er bestaat de kans dat de arts de afvoergang van de alvleesklier aanraakt. Dit is vaak niet te voorkomen. Hierdoor bestaat er wel een risico op een alvleesklierontsteking. Een alvleesklierontsteking kenmerkt zich door hevige pijn in de buik, rug en vaak misselijkheid. Meestal verloopt de alvleesklierontsteking mild en zorgt het voor een opname van 2-3 dagen in het ziekenhuis. Maar een ernstigere alvleesklierontsteking kan leiden tot een intensive care opname, of zelfs tot overlijden. Daarnaast kan het zo zijn dat de ontsteking de alvleesklier blijvend beschadigd heeft, wat kan leiden tot suikerziekte (diabetes) of spijsverteringsproblemen. Het gebruik van een ontstekingsremmende zetpil (meestal Diclofenac of Indometacine) verlaagt de kans op een alvleesklierontsteking na een ERCP. Ook het plaatsen van een plastic buisje (stent) in de afvoergang van de alvleesklier verlaagt het risico op alvleesklierontsteking wanneer de afvoergang tijdens de ERCP is aangeraakt. Het is echter niet duidelijk wat het effect is als beide behandelingen gecombineerd worden. Daarom willen we in deze studie onderzoeken wat het effect is van zowel het geven van de ontstekingsremmende zetpil als het plaatsen van het plastic buisje in de afvoergang op het ontstaan en het verloop van alvleesklierontsteking bij patiënten die een ERCP ondergaan.

Over het onderzoek